RECHTSZAAK TEGEN TRUMP WEGENS HET ACHTERHOUDEN VAN GEHEIME DOCUMENTEN IS VERWORPEN
De rechtszaak tegen oud-president Donald Trump wegens het achterhouden van geheime documenten is verworpen. Door een rechter die onder het presidentschap van Trump is aangesteld.
In augustus 2022 deed de FBI een inval in de landgoed van Trump in Mar-a-Lago in Florida. De Amerikaanse veiligheidsdiensten troffen daar verschillende geheime documenten aan. Het waren vertrouwelijke documenten die Trump zou hebben meegenomen bij zijn vertrek uit het Witte Huis in 2021, hij zou hiervoor terechtstaan.
Volgens het ministerie van Justitie was een deel van de informatie zo gevoelig dat onderzoekers speciale toestemming moesten krijgen om de documenten in te zien. Trump heeft zich naar verluidt ruim een jaar lang verzet tegen federale pogingen om deze documenten terug te krijgen.
Speciaal aanklager Jack Smith werd aangesteld om de zaak tegen Trump te leiden. Hij beschuldigde de oud-president onder meer van het illegaal achterhouden van overheidsdocumenten, belemmering van de rechtsgang en overtreding van de Spionagewet.
De zaak werd een federaal proces, een primeur voor een voormalige Amerikaanse president. Eerdere onderzoeken werden altijd in één staat afgehandeld.
De advocaten van Trump hadden echter bezwaar aangetekend tegen de manier waarop speciaal aanklager Jack Smith was benoemd. Smith kreeg de functie van het ministerie van Justitie maar niet van de president of Senaat. De rechter is de zelfde mening toegedaan en noemt dat in strijd met de grondwet.
Trump zelf heeft altijd beweert dat hij onschuldig was en noemde dit een ‘politieke heksenjacht’. Volgens hem had hij het recht om de documenten uit het Witte Huis te mee te nemen.
Het ministerie van Justitie kan nog steeds in beroep gaan tegen deze beslissing. De zaak kan zelfs tot bij het Hooggerechtshof terecht komen.
